Veel mensen zullen het wel herkennen, een periode dat je denkt dat de rest van de mensheid enkel en alleen op de wereld gezet is om jou dwars te zitten, je te kleineren, te kwetsen, kortom, om jou het leven zuur te maken.
Wel, newsflash! Zo belangrijk ben je helemaal niet. Je bent een onbeduidend korreltje zand in het heelal. Volgens mijn bescheiden mening ligt het gewoon aan het feit dat als je eenmaal in de ‘au-ik-ben-gekwetst’ modus zit, elke kleine tegenslag aankomt als een mokerslag. Ben je ooit zo snugger geweest om met je vinger op een blauwe plek te duwen om te kijken of het pijn deed? Laat maar, je hoeft geen antwoord te geven, ik kan je grijns van hieraf zien. Je hebt het gedaan en wat bleek? Een plek die bezeerd is doet extra pijn bij zelfs de lichtste aanraking. Ook als die aanraking niet bedoeld is om je pijn te doen.
Hé, misschien is de vergelijking dan wel door te trekken naar ons tere gekwetste zieltje. Volgens mij wel. Iemand maakt in alle onschuld een vriendelijke opmerking en BANG, het toch al gekneusde zieltje ziet hierin een regelrechte aanval op de emotionele evenwichtsorganen. Terecht? Nee, maar dat doet niets af aan de pijn die het veroorzaakt.
Zodra je beseft dat het je eigen pijn is die je naar beneden zuigt door de gootsteen van het leven, kun je er iets tegen doen. Je kunt je wapenen door een zeefje op de afvoer te leggen, zodat je niet dieper wordt meegeslurpt.
“Ja, lekker dan,” hoor ik daar iemand zeggen, hoe kom ik aan een anti-depressie-zeefje? Deze kun je zelf maken, aan elkaar rijgen door een aantal belangrijke stappen te ondernemen:
1 Ga naar buiten, de natuur in.
“Heb ik geen zin in.” laat je gewoon thuis.
2 Onderneem dingen die je normaal gesproken ook zou doen.
“Tegen mijn zin?” Ja, tegen je zin, achteraf zul je je beter voelen.
3 Eet zo gezond mogelijk, dit om je heilige huisje niet onnodig zwaar te belasten. Je zult je geestelijk lekkerder voelen in een gezond lichaam.
4 Last, but not least:Zoek naar het cadeautje van de dag.
“Wat is dat nu weer?”
‘Het cadeautje van de dag’ was iets dat ik bedacht toen ik zelf in die draaikolk naar beneden werd gezogen. Dan dringt er ineens een naar woord je hersens in: depressie. Je steekt je tong ernaar uit en zegt: “Hoepel op!” Helpt geen zier heb ik gemerkt. Ik google-de op depressie en vond de eerste drie bovengenoemde punten en greep mezelf in mijn nekvel en ging tegen mijn zin in sporten, wandelen en goed op mijn eten letten. Was dit makkelijk? Nope! Absoluut niet. En toen ineens gebeurde er iets leuks, heel simpel, maar het bracht een zonnestraaltje in mijn miserabele dag. Een wildvreemde vrouw lachte naar me, zomaar. Met geen andere reden dan dat zij mij toevallig zag en dat was voor haar voldoende reden om mij een blije lach cadeau te doen. En zo kwam ‘het cadeautje van de dag’ in mijn leven. En het grappige was dat ik toen ik daar eenmaal mee begon, steeds meer cadeautjes kreeg. Gewoon kleine, simpele, maar o zo mooi, dingen waar mijn gepijnigde zieltje eerst blind voor was, zag ik nu ineens wel. En ze maakten me blij, precies wat ik nodig had. De allermooiste wil ik graag met jullie delen.
Ik had een zak oud brood uit de kantine van mijn (!@#$%^)werk (juist, ik had het hier niet naar mijn zin, goed gelezen) meegenomen en stond op de brug voor mijn huis om, zoals wel vaker, de eendjes te voeren. Ik zeg ‘eendjes’ voeren, maar dat betekent hier: eendjes, zwanen, meerkoeten, waterhoentjes, kraaien, kauwtjes en niet te vergeten meeuwen. Blijf even stilstaan op de brug en bingo, je bent nooit lang alleen. Vol verwachting kijken al snel honderd paar ogen van onze gevederde vrienden je smekend aan. Ik gooi dan ook altijd iets op het gras naast het water voor de vogels die liever droog blijven. En toen was daar ineens die ene grote meeuw. Deze bleef op zo’n twee meter afstand in de lucht hangen en sommeerde mij middels een strakke blik om een stukje brood naar hem (haar kan ook hoor) op te gooien. Ik ben redelijk gehoorzaam als het mij uitkomt en gooide een stukje brood zijn kant op. Dat werd behendig opgevangen en het dier vloog met een boog weg. Om tot mijn verbazing even later daar weer voor me te blijven zweven met weer die strakke blik. Dit herhaalde zich tot mijn brood op was. Maar het blije gevoel dat dit geschenk, cadeautje doet hier geen recht aan, me gaf is nooit helemaal verdwenen.
Ik zit allang niet meer in die neerwaartse draaikolk, al heb ik daar momenteel wel reden toe. Maar dank zij het ‘cadeautje van de dag’ heb ik geleerd om ook in mindere tijden de schoonheid van het leven te waarderen. De mooie dingen zijn er altijd wel, maar je moet jezelf toestaan ze ook te zien.